Top

Waarom je elke dag om 12 uur even naar buiten moet

Eind deze maand gaan we over op zomertijd. Dat is altijd een tevreden stemmende handeling: we bewegen de goede kant op met het weer, al hebben we onlangs al een zonnige voorproef gehad. Of we nu op een terras kunnen neerstrijken of niet, het is fijn dat het langer licht blijft.

 

 

 

Niet zo lang geleden ging je nog in het donker naar je werk en kwam je in het donker weer thuis. Als je ook nog in een somber kantoor werkt of op een plek ver bij ramen vandaan, dan heb je waarschijnlijk intuïtief al door dat dit niet goed voor je is. Dat schrijft de Zweedse psycholoog Karl Ryberg in Licht – Het effect van licht op je gezondheid en geluk. Het onlangs verschenen boek over het belang van natuurlijk licht is, hoe kan het ook anders, geschreven door een Scandinaviër. Hij adviseert om op werkdagen in ieder geval iedere dag rond het middaguur naar buiten te gaan, om aan je dagelijkse dosis daglicht te komen.

Twintig minuten ‘grotere delen van je huid’ blootstellen aan de zon is al voldoende om je lichaam te helpen om genoeg vitamine D aan te maken.

Het belang van vitamine D wordt steeds nadrukkelijker vastgesteld door de wetenschap. Vitamine D wordt inmiddels al gelinkt aan weerstand, moeheid, spier- en botsterkte en depressie. Grote kans dat het zelfs een rol speelt bij het afwenden van kanker en de gevolgen van veroudering. Natuurlijk kun je vette vis eten, een van de weinige producten met vitamine D, maar dat haalt het niet bij daglicht, aldus Ryberg. Vitaminepillen slikken wordt ook niet aangeraden, omdat je lichaam er anders mee omgaat en een dosis lastig te bepalen is en ook schade kan aanbrengen.

Onderzoeken naar vitamine D

Niet alleen kampt bijna 60 procent van de Nederlanders met een vitamine-D-tekort tijdens de maanden dat de zon zich maar spaarzaam laat zien, een tekort aan natuurlijk daglicht kan zelfs invloed hebben op je productiviteit. Zo werken je ogen het best bij natuurlijk licht: hoe meer daarvan beschikbaar is, hoe minder snel moe je wordt of hoofdpijn krijgt van het staren naar een scherm, ontdekte de Amerikaanse professor in de ergonomie Alan Hedge vorig jaar.

Een oudere studie toont aan dat medewerkers in kantoren met ruiten meer tijd aan hun taken op de computer besteden en minder lang bellen met collega’s, vergeleken met de medewerkers die in een ruimte werken zonder ramen.

Waar het ’m precies in zit, daar is de wetenschap nog niet over uit. Het kan net zo goed gaan om een indirect gevolg: zo is door de Northwestern University in Chicago wel bewezen dat wie op het werk minder daglicht tot zijn of haar beschikking heeft, minder lang en goed slaapt.

Nu kun je natuurlijk tijdens je ontbijt of het lezen van de krant een lichttherapielamp voor je neus zetten, maar waar het om gaat is dat je het volledige ‘lichtspectrum’ afvinkt, aldus psycholoog en lichtexpert Karl Ryberg. En uiteindelijk is er niets dat het weldadige daglicht kan vervangen. Een goede reden om tijdens je volgende pauze niet achter je beeldscherm of in de kantine te blijven hangen, maar de frisse lucht op te zoeken – mínder productief word je er hoe dan ook niet van.

Elektrische verlichting
De komst van elektrisch licht, en met name de introductie ervan bij het grote publiek in de westelijke wereld sinds de jaren dertig, heeft de manier waarop we leven volledig veranderd. Met de komst van elektrisch licht gingen we meer tijd binnenshuis doorbrengen in kunstmatig verlichte omgevingen en gingen we langer doorwerken. Allemaal vooruitgang, kun je zeggen, maar wetenschappelijk onderzoek toont aan dat ons lichaam nog altijd een voorkeur heeft om ‘te leven met de zon’ in plaats van gestuurd door kunstlicht. Thomas Edison was van mening dat slaap de mens inefficiënt maakt, maar hij was dan ook de mede-uitvinder van de gloeilamp, dus je zou kunnen zeggen dat zijn uitspraak de nodige belangenverstrengeling bevat. Zelf sliep hij naar verluidt nooit meer dan drie of vier uur per nacht.

Bron: intermediar.nl

Gebied(en):

  • Persoonlijkheid
  • Slaap

Bron: AD.nl