Top

Zo kom je als stressjunk of zelfsaboteur in actie tegen uitstelgedrag

Wachten tot het laatste moment met die deadline en eindeloos op het internet rondhangen om maar niet aan je werk te hoeven beginnen: uitstellen doen we allemaal weleens. Toch zijn onze beweegredenen anders, zegt schrijfster Karen Visser. Er zijn drie types én oplossingen om toch in actie te komen.

Lees je dit artikel terwijl je eigenlijk aan die belangrijke taak moet werken? Of ben je al uren het nieuws aan het checken terwijl je baas wacht op dat rapport? Wees gerust: je bent niet de enige uitsteller van werkend Nederland.

“Zelfs degenen die hun baan geweldig vinden, hebben weleens taken waar ze liever nog even niet aan denken”, stelt Visser gerust. Ze schreef het boek Vandaag begin ik echt!, waarin ze verschillende type uitstellers onderscheidt. “Want er zijn heel veel oplossingen, maar niet elke oplossing past bij ieder type.”

 

#1 De stressjunk

Herken je aan de zin: ‘Ik werk het beste onder druk.’

“Het eindeloos uitstellen van werk, om het vervolgens op het allerlaatste moment te doen: dat is de stressjunk ten voeten uit. Onder druk begint deze persoon pas te werken, waarbij hij de deadline soms nét niet haalt of slordig werk inlevert. Zolang deze persoon de deadline niet in zijn nek voelt hijgen, komt er niets uit zijn handen.”

Hoe je deze persoon dan toch in beweging krijgt? Volgens Visser zijn dit de meest hopeloze gevallen. “Ze willen geen systematisch werk. Vraag een deadlinejunk om over twee weken een rapport in te leveren en ze beginnen twee dagen van tevoren.”

Wel waarschuwt ze dat de stressjunk moet begrijpen wanneer wachten met een deadline verantwoord is. “Het regelen van je visum op het allerlaatste moment kan je je vakantie kosten. Wie zijn btw-aangifte niet op tijd doet, krijgt een fikse boete. Daarop hameren in werkgerelateerde situaties kan helpen om hem zijn werk iets eerder af te laten krijgen.”

#2 De zelfsaboteur 

Herken je aan: ‘Het heeft gewoon wat meer tijd nodig.’

De zelfsaboteur blijft werk vooral uitstellen uit angst. Hij overlaadt zich met taken die snel te doen zijn, om maar niet aan het grote project te hoeven beginnen.

“Zolang er namelijk niets ligt, kunnen mensen hier ook geen kritiek op leveren.” Visser ziet het vaak bij schrijvers en zzp’ers. “Het eeuwige idee van een debuutroman die maar op de plank blijft liggen, de freelancer die eindeloos bezig is met de website en visitekaartjes. Allemaal uit angst voor wat anderen ervan vinden.”

De sleutel tot dit probleem: knip taken op in kleine stukjes. “Vaak zijn hun dromen zo levensgroot, dat die hen boven het hoofd stijgen. Wil je een boek schrijven? Deel het dan in per hoofdstuk. Beginnen met freelancen? Zorg ervoor dat je per dag een plan maakt in plaats van de grote droom te willen realiseren. Op die manier kom je vanzelf in beweging.”

#3 De idealist

Herken je aan: ‘De helft van de problemen lost zichzelf wel op.’

Relativeren is de tweede naam van de idealist. “Ach joh, dat komt wel goed”, hoor je hem geregeld zeggen. Daarmee worden plannen eindeloos op de lange baan geschoven. Een scriptie? Dat kan wachten. En dat rapport voor de baas ook.

De idealist wordt vooral gekenmerkt door optimisme, zonder oog voor detail. Als ze het probleem eenmaal onder ogen zien, blijkt het vaak tóch iets meer werk dan verwacht.

De idealist heeft dan ook een flinke stok achter de deur nodig om hem er af en toe aan te herinneren dat hij verantwoordelijkheden heeft.

Weet je van jezelf dat je een idealist bent? Zorg er dan voor dat iemand je helpt. Zoals een boekhouder die je mailt dat je belastingaangifte moet doen of een collega die informeert naar de vorderingen van je werk. Dingen die je op tijd regelt, zullen je namelijk uiteindelijk meer rust geven en uiteindelijk tijd opleveren.

Drie theorieën om uitstelgedrag tegen te gaan

  • De tweeminutenregel – David Allen: Alle dingen die je in twee minuten kunt regelen – snelle e-mails beantwoorden, een collega te woord staan over een project – moet je direct doen. Anders wordt het een ander punt op je to-dolijst.
  • Eat that frog – Brian Tracy: Het zijn vaak de grote taken die we het langst voor ons uitschuiven. Tracy beargumenteert in zijn boek dat je hiermee moet beginnen, om ruimte en rust op je takenlijst te creëren. 
  • Pomodoro-techniek – Francesco Cirillo: Zet een wekker voor de tijd die je gefocust wilt werken (twintig minuten is gebruikelijk) en geef jezelf daarna een korte pauze van vijf minuten. Wie werkt van pauze tot pauze, krijgt meer gedaan.

Bron: NU.nl

Gebied(en):

  • Stress
  • Ambitie

Bron: Het Tsuru Team